Recente cijfers tonen aan dat het aantal langdurig leegstaande woningen in Neder-Betuwe in het afgelopen jaar is gestegen tot ongeveer 65. Dit aantal is aanzienlijk hoger dan de 40 leegstaande woningen in 2022, zoals gerapporteerd door het CBS in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Vergeleken met vijftien gemeenten die qua fysieke omgeving het meest op Neder-Betuwe lijken, blijkt dat het aantal leegstaande woningen hier aanzienlijk hoger is. Dit brengt zorgen met zich mee, aangezien langdurig leegstaande panden een potentieel doelwit kunnen zijn voor criminele activiteiten, waaronder wietkwekerijen, drugslaboratoria en geldwitwaspraktijken.
In Neder-Betuwe zijn er ook gevallen van spookbewoning geconstateerd, waarbij in 25 woningen stroom wordt verbruikt, maar ze officieel als leegstaand worden beschouwd. Dit fenomeen kan wijzen op verdachte activiteiten, zoals illegale bewoning of criminele praktijken.
Er is een groeiende druk op gemeenten om maatregelen te nemen tegen leegstand, waaronder het invoeren van een 'leegstandsheffing'. Echter, ondanks recente oproepen in de Tweede Kamer om deze heffing in te voeren, lijkt woonminister Keijzer terughoudend.
De Nederlandse Vereniging van Gemeenten heeft vijftien vergelijkbare gemeenten geïdentificeerd en op basis van CBS-gegevens met Neder-Betuwe vergeleken om inzicht te krijgen in de omvang van het leegstandsprobleem.
De toenemende leegstand van woningen in Neder-Betuwe benadrukt de urgentie van beleidsmaatregelen om dit probleem aan te pakken en de veiligheid van de gemeente te waarborgen.